"Et j'irai loin, bien loin, comme un bohémien, Par la Nature, - heureux comme avec une femme."
Arthur Rimbaud

zondag 24 oktober 2010

Agility en harige vriendschap

Footprints at the sky
and a quiet sense
Wondering about the two
with a fluffy friendship
running across the lonesome mind
A wistful whisker

From the earth came a sound
unleashed and reborn
Back to an origin of spirits
when one was two

Fluffy - VAG

Ik ga al sinds februari bijna elke week met onze Border Collie Darko naar de hondenschool Pavlov bij Leuven. Maar op zondag 17 oktober mocht Darko gaan wandelen met mijn vader terwijl ik en mijn moeder naar de hondenschool gingen, niet voor een les maar voor de agility wedstrijden die vandaag op het terrein plaatsvinden.

Agility kan nog het beste uitgelegd worden met de volgende quote uit Wikipedia : Agility (ook wel behendigheid genoemd) is een discipline van de hondensport vergelijkbaar met jumping bij paardensport. Het parcours omvat een aantal hindernissen die de hond moet nemen, geleid door zijn begeleider, in een minimum van tijd, op de juiste wijze en in een bepaalde volgorde.

Het is een zeer snelle sport met heel wat hindernissen en dit vraagt een grote vertrouwensband tussen de begeleider en zijn of haar hond. Je hebt een slalom, verschillende hoogterekjes waar de honden over moeten zonder de stok te raken, je hebt tunnels van stof die aan een kant open zijn door een ring maar waar de hond aan de andere kant door de stof moet "knallen", de mogelijkheden zijn veelvoudig aanwezig en ook het parcours verandert per ronde.

Aangezien ik met mijn hond al een grote vertrouwensband heb opgebouwd en we al bijna onafscheidelijk zijn, kon ik mij goed inleven in de emoties van de begeleiders die over dit parcours snellen. Er zijn Walen, er zijn Engelsen, er zijn Vlamingen en er zijn zo'n honderd honden; het leeuwendeel daarvan zijn Border Collies, bekend om hun snelheid en "will to please". Al zijn ze soms zo zenuwachtig dat ze sneller fouten maken maar hun energie is prachtig om te observeren. Ik ben nu wel bevooroordeeld maar Border Collies zijn voor mij de mooiste honden die er zijn.

De dag werd afgesloten met de zwaarste ronde : iedereen die hier een fout maakte, zelfs al was het een paaltje missen bij de slalom of iets raken van de springtoestellen of tegen z'n baasje op springen : je viel af. Dit was een zware finale waar maar weinig mensen heelhuids uitkwamen. Alle parcours worden ook tegen de tijd afgelegd. Het is fysisch erg inspannend en ik twijfel nog of ik het ooit ga doen. Maar ernaar kijken levert de toeschouwer ook adrenaline en prachtige beelden op het netvlies op. Een fotoimpressie kan dus niet ontbreken.

Flo, de Golden retriever van Bruno Vanautgaerden legde het parcours hier foutloos af. Een hele prestatie voor zo'n zwaargebouwde hond als je hem vergelijkt met de ranke Border Collies; Bruno was dan ook gepast trots.

Een Red Merle Border Collie kijkt gespannen rond.

Dat Border Collies goed kunnen springen bewijst deze andere Red Merle weer eens, dat is voor mij oud nieuws, onze Darko springt onze zetel over ...

De hoge snelheid vereist de opperste concentratie en aandacht voor het baasje die de hond langs de oefeningen heen begeleidt.

Het viel op dat, wanneer een hond aan de startlijn verscheen en moest wachten op het signaal, alle honden langs de zijlijn zeer aandachtig toekeken en de startende hond leken aan te moedigen met hun fel geblaf.

Deze Border Collie wacht geduldig op zijn baasje en kijkt ondertussen met rustige oogopslag naar de honden op het terrein : een rust die zeldzaam is bij Border Collies.

Op de leeftijd van de begeleider staat geen grens, ook jonge pubers deden vol vuur mee.

Natuurlijk kwamen er andere hondenrassen ook aan bod maar ze waren nogal in de minderheid.

Op het zwaarste parcours was ook deze wip terug te vinden. Het houten piramidevormig geval erachter moeten de honden op en af klimmen, dit vraagt een zeer grote zekerheid bij de hond !

Maar bovenal staat zo'n zondag nog steeds voor de liefde tussen baasje en hond.

Een liefde die zich in alle vormen kan uiten ...

zaterdag 23 oktober 2010

Herfstmorgen

A slice of the river
in my head
A slice of the mighty stream
in my veins
Scintillating

A slice of doubting light
Chants of the nymphs turned forlorn
A slice of scared memories
Extinguished eyes
Blooming melancholies
and an Autumnal Sunrise

Autumnal sunrise - VAG

Vorige week woensdag was het een zeldzame dag : een dag zonder les, verplichtingen noch practica. Het was een buitenkansje om met beide handen aan te nemen om nog een keer de natuur in te trekken, gewapend enkel met fototoestel en verrekijker. De dag begon erg mistig in de Hagelandse vallei, tussen Holsbeek en Wezemaal in geperst, waar de Winge stroomt. Hierdoor misten we de vroege vogels maar de landschapsbeelden waren poëtisch mooi op deze vroege herfstige morgen.

De mist omhulde de vele bomen en vergezichten maar leverde een goede foto-opportuniteit op voor mij en Reinhardt en een filmbeeld voor Simon.

Fijne decoraties worden in dit seizoen verzorgd door de spinnetjes, een bloemstuk waardig.

De oude hooikeerder die al jaren een beetje ter decoratie in het reservaat staat en af en toe zijn plicht vervult.

En dan kwam het zonnetje erdoor in dit reservaat. De Hagelandse vallei is in beheer bij Natuurpunt Holsbeek en is langzaam aaneen aan het groeien uit de versnippering van bosjes en akkerpercelen.

De bomputten, een resultaat van een noodlozing van bommen voordat een vliegtuig in Wereldoorlog II zou neerstorten, liggen er kalm bij. De amfibieën, voor welke deze putten aangepast werden met schuine oevers, zoeken stilaan de rust op van de bodems, holen in de grond of stronken en stenen voor de winter zal beginnen.

Reinhardt ziet zijn kans schoon om een mooie paddenstoelenfoto te krijgen.

De besjes van de Gelderse roos (Viburnum opulus) glanzen prachtig rood in de zon maar zijn giftig, ook niet eetbaar voor vogels en ze stinken zelfs een beetje.

De Gelderse roos is geen lid van de rozenfamilie maar een wit bloeiende heester in mei/juni. Hoe is hij dan aan zijn Nederlandse naam gekomen ? De oude graven van Gelre, de oude naam van Gelderland in Nederland, hadden een blad in hun wapen waarvan men dacht dat het van de Viburnum opulus zou zijn, die in het wild in juni prachtig bloeide. Later bleek het om het blad van de mispel te gaan maar de naam bleef. Blijkbaar hadden deze Nederlandse graven zoveel aanzien en invloed, dat de naam in Engeland overgenomen werd. (Bron : Tuinadvies.be)

De allerlaatste Dagpauwogen (Aglais io) fladderen nog rond en voeden zich op de herfstasters (Aster Dumosus). Hier probeerde ik Reinhardt's 200mm breedhoeklens uit. De kleuren en scherpte van deze lens zijn echt een "touché" van Canon.

Arne maakt kennis met zijn vierbenige vrienden.

Een test met mijn extender die een macrolens tot 1,5 keer kan versterken en Reinhardt's 100mm f2.8 Canon macrolens levert mooi beeldmateriaal op, het is prachtig om dit spinnetje van dichtbij en uitvergroot te kunnen observeren terwijl het zijn net gevangen maaltijdje inpakt in spinrag. Ik maak een aantekening in mezelf om zeker te blijven sparen voor een macrolens.

De Sleedoorn (Prunus spinosa), de held van het landschapsbeheer met grote natuurwaarde, vormt nu volop vruchten. Ze smaken erg bitter zoals Simon en Arne melden, maar ze zijn waardevol voor vogels op trek en je kan er een lekkere likeur van maken. Het recept hiervoor volgt spoedig op deze blog.

Geen herfst zonder de vele vruchtlichamen van schimmelhyfen of in de volksmond "paddenstoelen" genoemd, die her en der uit de grond en uit rottend hout schieten.

Roel, Reinhardt, Arne en Simon staan rond een Tweestijlige meidoorn (Crataegus laevigata), een van de weinigen in Vlaanderen. Het is een soort die meer de zuidelijkere regio's opzoekt en vormt vruchten met twee zaden uit de twee stijlen van de bloem. Het blad is veel minder diep ingesneden dan de hier meer voorkomende Eenstijlige meidoorn (Crataegus monogyna).

Op de terugweg zijn de mannen van het IGO Leuven de slootkant aan het maaien en het maaisel aan het afvoeren. De koeien zien hun kans schoon op een lekkere snack.

Deze man, die jaren in Leuven op de vuilkar werkte, vertelt ons hoe het eraan toegaat. Hij werkt al bijna 35 jaar in gemeentedienst, in weer en wind. "Het is een plezante job, je bent steeds buiten maar het is zwaar. Ik klaag niet want ik heb werk. Onderschat het niet ze mannekes, als we in de winter in dat boske moeten ruimen, da's zware labeur." Wijzend naar de twee mannen verderop die met de handmaaiers in de weer zijn, vervolgt hij : "En die jonge gasten kan ik ook amper volgen met het ruimen, maar normaal z'n we met z'n twee om hier de stapels te maken maar die is efkens er niet bij." We vertellen hem dat we zijn werk een schone job vinden en dat we als biologen goed weten wat buitenlucht betekenen. Al lachend nemen we afscheid in de geur van vochtige aarde en gemaaide slootkanten.

Ja, mijn busje is inmiddels terug op de baan ! Het is een plezier om er terug mee te rijden, iedereen lacht onderweg naar je en kinderen beginnen te zwaaien. Het is een mechaniek uit de tijd dat mensen nog tijd hadden... Een tijd die ik nog meegemaakt heb. Ook hier in de Hagelandse vallei, in een natuurlijke evolutie, vervaagt dit fysische begrip. Het was een mooie ochtend om de batterijen terug op te laden en er weer tegenaan te gaan dit jaar.

dinsdag 19 oktober 2010

Vers le midi - III

Do not go where the path may lead, go instead where there is no path and leave a trail.
Ralph Waldo Emerson

Het werd tijd om de derde en laatste luik van onze veelzijdige vakantie in Zuid-Frankrijk (deel I en II) even toe te lichten. We waren dus op vakantie met vier man, waaronder drie biologiestudenten en één economiestudent die echter trektochten in de natuur wel weet te smaken, halve Zwitser als hij is. Daarom werd deze vakantie nog meer dan tevoren groen getind. In het midden van de vakantie, na enkele mooie natuur-ontmoetingen in La Couronne, tegen Marseille, werd het hoogtepunt van natuurbelevenis toch de camping waar we zo'n week verbleven, Les Philippons, genesteld tegen de rug van een van de vele steile heuvels aan van het binnenland in het dorpje Les Adrets de l'Esterel, genoemd naar de Esterel heuvel vlakbij.

De eerste dag al weet Pierre-Vincent, de ober van het restaurantje naast de camping, ons te vertellen dat er een groot natuurreservaat vlakbij is en dat het insecten- en reptielenleven hier erg talrijk is. Bovendien zitten we vlakbij de kust die gemakkelijk bereikbaar is met de auto. Zo gaan we onder andere snorkelen in Saint-Aygulf dat verrassend biodivers bleek te zijn ! Een foto-impressie mag dus niet ontbreken ...

Réservat naturel op slechts twee kilometer van de camping, we besluiten het pad te volgen dat naar het meer "Avellan" leidt.

"Ja, dat meer moeten we dus hebben !" riepen we quasi spontaan uit als het meer voor het eerst zichtbaar wordt.

Maar de eerst zo brede paden onder de hete zuiderse zon ...

... ruilen we al snel in voor smalle "geitenpaadjes" en uitgedroogde rivierbeddingen dwars door de bramen en ander fijn plantaardig materiaal met de redenering dat, als het regent, het water zo wel naar het meer zal stromen dus volgen maar die handel !

Ondanks het lastige parcours loont het toch de moeite, alleen al voor deze Reuzengoudhaan (Timarcha tenebricosa) die als hij zich bedreigd voelt een rode kleurstof afgeeft.

Een Icarusblauwtje (Polyommatus icarus) rust even uit op mijn vinger terwijl we hem controleren met de vlindergids erbij.

De paadjes die het trio voorop -mijn conditie is nu eenmaal niet top- uitkiest worden er niet beter op ...

... maar de weidse uitzichten worden des te mooier.

Voor mij blijft het zwoegen onder de loden warmte en wanneer mijn waterzak van 3l leeg is, keer ik om richting de auto. Dehydratatie is hier een reëel gevaar.

Een paar dagen later regent het op de middag even. Als de bui overgewaaid is roep ik het lumineuze idee op om amfibieën te gaan zoeken !

Nu ja ... Veel amfibieën vonden we niet, wel weer een moeilijk klauterparcours en reuzenpaardenstaarten die het geheel een prehistorisch tintje gaven.

Toch hoeven we zelfs niet op pad te gaan voor wat natuur. De Muurgekko's (Tarentola mauritanica) aan de muren van het sanitair werden bij ons iedere avond een ware hit.

Martijn en de jonge Muurgekko die minstens een half uur bleef zitten !

De Boomkikker (Hyla meridionalis) van de eerste dag aan de afwasbakken was ook een prachtige waarneming !

Ook schorpioenen en parende nachtvlinders stonden op het programma, te vinden in een klein tunneltje zoals Pieter hier demonstreert.

Maar ook de vlinderfauna was vrij divers met als kers op de taart de prachtige Pasja's (Charaxes jasius) die zich voedden op de rottende vijgen. Door de zoetigheid en de alcohol werden ze versuft en konden ze met wat geduld gevangen worden om te determineren al was er weinig twijfel mogelijk ! Jan toont de Pasja die we met het boek vergeleken -voor ons beiden een "lifer", een waargenomen soort voor het eerst in ons leven- en daarna terug lieten vliegen.

Een verhaal apart is het snorkelen in Saint-Aygulf. Verschillende soorten vissen, zeekomkommers, Draadroos (Anemonia viridis), zee-egels en mooie schelpdieren passeren de revue.

Toch waren de leukste waarnemingen deze prachtige dieren : Octopi !

Martijn speurt net zoals ik en Jan de zeebodem af naar leuke ontdekkingen.

De branding was bij momenten een impressionistisch schilderij meer dan waard ... Had Monet maar een duikbril en snorkel gehad om dit spel van kleur en licht te vatten !

En zo sluit ik deze al te korte impressies van onze trip in Zuid-Frankrijk af, met een licht gevoel van voldaanheid en een hint van verlangen. Ik kan iedereen deze trip aanraden, zorg wel voor een goede alternator in jouw auto ...



Deze foto's werden grotendeels met de Canon Powershot D10 gemaakt, waaronder de onderwaterfoto's.

donderdag 14 oktober 2010

Kloesebos en 's Hertogensheide

Dit bericht is even een flashback naar een uitdovende maar nog steeds warme Belgische zomer. Nog voor mijn vakantie begon besteedde ik namelijk een namiddag aan een uitstap met Roel naar een vrij recent hersteld heidegebiedje in de buurt van Aarschot en Rotselaar : het Kloesebos en 's Hertogensheide.

Het Kloesebos werd enkele jaren terug opengewerkt om in het oude dennenbestand meer variatie te creeëren, met succes. Talrijke Sikkelsprinkhanen (Phaneroptera falcata) en Levendbarende hagedissen (Zootoca vivipara) voelen zich hier opperbest. Het dennenbestand wordt langzaamaan uitgedund door de aanwezige Zomereiken (Quercus robur) vrij te stellen door errond te kappen en zo de natuurlijke verjonging in te leiden. Ook exoten zoals Amerikaanse eik (Q. rubra) en Amerikaanse vogelkers (Prunus serotina) worden handmatig bestreden om de inheemse flora een kans te geven. Verschillende soorten mezen -Staart-, Kool-, Pimpel- en Kuifmees vinden hier in de winter voldoende voedsel en de beschutting van de bosranden is het geliefde biotoop van Sperwer (Accipiter nisus). Het is een vrij klein maar wel mooi gebied dat ook druk bezocht wordt door mountainbikers die ons kleurrijk voorbij flitsen en vele wandelaars.

Een Sikkelsprinkhaan bewondert ons vanop een takje.

We checken het gebied ook met een batdetector op zoek naar de ultrasone geluiden van bepaalde soorten sprinkhanen die dit toestel omzet in een soort geklik en dit is soortspecifiek. Hetzelfde systeem wordt trouwens ook gebruikt voor vleermuizen.

In het berkenbosje op de heuvel blijft vocht beter circuleren en daar profiteren de vroege paddenstoelen van.

's Hertogenbos is ook een heidegebied maar dan op privégronden die op basis van een overeenkomst tussen de eigenaar en Natuurpunt omgevormd werden. Een groot deel van de bomen en heide werd afgebrand om de successie, wat heidegebieden variabel en levendig houdt, terug op gang te trekken en nu vinden we een vrij uitgestrekt heidegebied terug dat echter al terug te hard aan het verruigen is, jonge naaldbomen en berken beginnen te overheersen en ook de Struikheide (Calluna vulgaris) wordt te overheersend zonder brand-, graas- of plagbeheer. Diverse Levendbarende hagedissen spurten weg als we erdoor wandelen en de grote rijkdom aan insecten houdt ons lang zoet, vooral Roel met zijn netje en potjes is erg druk bezig de bomen aan het afgaan.

We vinden ook een aantal lieveheersbeestjes zoals het Zestienpuntslieveheersbeestje (Tytthaspis sedecimpunctata) of het Viervlekslieveheersbeestje (Exochomus quadripustulatus). Roel determineert hier de laatstgenoemde soort.

Een soort bloemenspin, helemaal geel gecamoufleerd, "klopten" we ineens uit de takken van een berk. Het was een indrukwekkende spin van zo'n vijf centimeter in de lengte en ze boezemde ontzag in door die fel gele kleur, iridiscerend in de jonge septemberzon. Intussen is ze gedetermineerd als een Marmerspin (Araneus marmoreus), te onderscheiden van de Viervlekwielwebspin (Araneus quadratus) doordat de voorste twee van de vier vlekken groter zijn dan de achterste twee en omdat er een marmertekening aanwezig is op de zijkant van het achterlijf.

Een rups van Witvlakvlinder (Orgyia antiqua) werd gefotografeerd met een 50mm fix 1.4 lens omgekeerd voor mijn 50mm fix f1.8 Canon lens.

Een Rapunzelklokje staat in een hooiland die nog maar recent in beheer is genomen. Een 50mm fix 1.4 lens omgekeerd voor mijn 50mm fix f1.8 Canon.

Het zijn kleine gebiedjes vergeleken met de Maten of de Kalmhoutse heide maar het zijn kleine eilandjes voor de biodiversiteit in dit immer versnipperd Vlaamse land.

Tenslotte, het Hageland zelf, is bekend om zijn diverse hagen en zijn grote aandeel in de Vlaamse fruitteelt, hier een beeldje van een typisch Hagelands veldje.