"Et j'irai loin, bien loin, comme un bohémien, Par la Nature, - heureux comme avec une femme."
Arthur Rimbaud

dinsdag 27 december 2011

Seizoenaal Mollendaal

To find the universal elements
enough; to find the air and the water
exhilarating; to be refreshed by a
morning walk or an evening saunter...to
be thrilled by the stars at night; to be
elated over a bird's nest or a wild flower
in spring - these are some of the rewards
of the simple life.

John Burroughs
De herfst neemt het land in een houvast vooraleer de winter zal overnemen. De lucht krijgt een palet pastelkleuren toegereikt die de zomer nooit kan bieden. De lucht lijkt zachter, melancholischer.

Nevels verzachten eveneens wereldlijke contouren. Koude druppels verzamelen zich op mijn voorhoofd. Ik ben klaar voor een winter die dit jaar zeer lang op zich laat wachten.

Want ondanks enkele natte sneeuwbuien blijft het onnoemelijk warm voor de tijd van het jaar en 2011 breekt zelfs het record van 2007 van gemiddeld het warmste jaar ooit in België sinds het begin van de metingen in 1833 in Ukkel door het KMI.

Regendruppels congregeren op een dor eikenblad.

Ook in het Meerdaalwoud, hier in het gedeelte "Mollendaalbos", wordt er gerecycleerd in de onthaalsinfrastructuur. De palissade rond de nieuwe picknickbank bestaat uit gekliefd eikenhout dat bovenkwam bij de heraanleg van de druk bereden -voor bosexploitatie- Weertse dreef. Dit hout werd tot in de jaren '60 gebruikt als fundament van de dreefwegen en na soms eeuwen in steeds vochtige grond is het helemaal uitgehard en opgewassen tegen klimaatsinvloeden. De boswachters besloten om er deze picknickbank mee te ommuren als historische referentie naar de palissades die men tot begin 19e eeuw in de bosranden gebruikte om wildschade te voorkomen.

Mollendaalbos bezoek ik bijna elke dag met Darko, alleen al omwille van de grote diversiteit; open dennenbossen met ondergroei van Struikheide (Calluna vulgaris) en Blauwe bosbes (Vaccinium myrtillus) ...

... over open plekken en bosranden die begraasd worden door Reeën (Capreolus capreolus)...

... tot gesloten beuken-, eiken-, of berkenbosjes, Mollendaalbos is een ganse gradiënt aan bostypes die steeds weer verrassingen opleveren.

Door hun diversiteit bieden Mollendaal plateau en vooral Mollendaalbos voor ieder wat wils, zelfs voor boomklimmers zoals Martijn.

Af en toe loopt dat al 'ns mis ... gelukkig heeft Martijn de reflexen van een Sciurus vulgaris.

Zijn klimtalenten komen van pas bij het documenteren van deze ellipsvormige heksenkring van een soort trechterzwam met een laterale doorsnede van ongeveer 25 stappen, ongeveer 25 meter. We filmen de hele ronde.

Ook andere zwammen blijven boeien zoals dit Geweizwammetje (Xylaria hypoxylon).

Soms lijkt het zelfs of het afval van onze dissectiepractica in het bos gesmeten werd, gelukkig niet, het zijn rare zwammetjes die voorlopig de naam Zakjestrilzwam (Ascotremella faginea) opgeplakt krijgen.

Niet alleen voor klimmers, maar ook voor fotografen is dit gebied steeds weer een voldoening schenkend onderwerp zoals Lore demonstreert met haar nieuwe Canon Eos 600D.

Mijn zes jaar oude Canon Eos 350D laat zich niet kennen tegenover zijn nieuwe broertje, met de f1.8 50mm lens op deze mooie herfstdag is het licht prachtig te vangen op gevoelige plaat...

Natuurlijk, naast cultuurhistorici, klimmers en fotografen is dit bos ook zeer aanlokkelijk voor actieve Border Collies zoals Darko die maar al te graag over de paadjes dartelt, de helft van de tijd met een stok in zijn bek geklemd.

Tenslotte is Mollendaalbos en bij uitbreiding Meerdaalwoud uitstekend geschikt voor biologen zoals Martijn, Lore, Rein en ik !

Ga erheen voor een namiddag, dit bos verveelt mij na drie jaar intensief bewandelen nog steeds niet !



Noot van de auteur : Sommige foto's werden met de Canon Powershot D10 gemaakt, anderen met mijn Canon Eos 350D.

zaterdag 17 december 2011

Op wiegende golven

I'm a hermit at a wild raging sea
a forlorn war zone only I can see
Hidden thoughts on lee
My toes kick the stones and the pebbles
lessening a pain that thrives and never ebbs
As the sound recalls scenes past,
downwards the beach I hurried fast
to find a prevailing wind and try, fly
like the petrels on the move to the sky ...

VAG@2011
7.50am, 13 november 2011. Het is zover, we varen eindelijk weer uit met de Albatros. De dag zou weerskundig heel anders verlopen dan vorige keer maar de zonsopgang boven Oostende was alleen al het vroege opstaan waard. De ware die-hards onder de vogelaars checken zelfs de stasketsels op steltlopers.

Pieter glimlacht, het langverwachte avontuur kan beginnen ! De koude wind giert langs de boot maar als die gevederde dieren zich er niet aan storen en zotte vluchtige capriolen uitvoeren, deert het ons ook niet.

Zo ontdekken we weer een "lifer" : een Grote jager (Stercorarius skua) die deze dag meermaals zouden komen opduiken, zelfs één keer met de stukken zeldzamere Middelste jager (Stercorarius pomarinus). Dit was al voldoende voor een geslaagde dag maar het zou hier niet bij blijven ...

Pieter (het tweede exemplaar) keek zich letterlijk de ogen uit.

Hij deed dat met alle recht, net als de andere opvarenden want zo waren de Drieteenmeeuwen (Rissa tridactyla) ook volop bezig met hun vliegoefeningen. Sierlijk wendden ze af en stegen ze, na de golven bijna geraakt te hebben, in een wijde boogvlucht weer op.

Maar sierlijk of niet, dit is de natuur : competitie en overleven zodat je jouw genenset kan doorgeven aan de volgende generatie. Mensen kunnen alles nog zo schattig of vies of oneerlijk vinden, dit is wat het is zonder verbloemen. Deze Drieteenmeeuw maakt dat hij wegkom met een net opgepikt stukje visafval, achternagezeten door een soortgenoot.

Een juveniele mantelmeeuw staat op vliegen om mee te delen in het visafval dat over boord gegooid wordt.

En dan komt voor mij het mooiste van de dag en datgene dat meteen mijn reeds geweldig natuurjaar perfect afwerkt. Alken (Alca torda) ! Ze vliegen volop over het water en af en toe pauzeren ze, zoals op deze foto waar de Alk (links) rustig meegolft langs een Zeekoet (Uria aalge). Alken behoren tot mijn favoriete vogels maar ik had ze nog nooit gezien, ondanks een verkeerde determinatie van een plastic hondje (lang verhaal ...) en een aangespoeld dood exemplaar op Texel, bleven ze een nobele onbekende voor mij tot deze zonnige voormiddag op de Albatros. De "vloek" lijkt opgeheven : ik heb ze eindelijk gezien, onze noordelijke pinguïns ! De verwondering werd er alleen nog maar groter op.

Een andere Zeekoet duikt dichter bij de boot op, glanzend in de middagzon. Zeekoeten horen net als Alken bij de familie van de Alcidae met 24 soorten, allemaal strikt verspreid in de noordelijke hemisfeer. Door convergente evolutie, door het innemen van gelijkaardige ecologische niches, lijken ze sterk op de Spheniscidae, de zuidelijke pinguïns, maar ze zijn anatomisch zeer verschillend en kunnen nog vliegen (op enkele uitgestorven soorten na).

Een Dwergmeeuw (Hydrocoloeus minutus) kijkt vergenoegzaam rond.

Jan-van-Genten (Morus bassanus) blijven ware meesters van het luchtruim boven de Noordzee, zowel als ze in een meesterlijke vrille achter een vis duiken als ze majesteus en schijnbaar moeiteloos over ons zweven.

En dan, als bij donderslag, varen we een zware mistbank binnen. Deze mistbank zou zelfs nog uitbreiden en uiteindelijk de ganse kust omhullen. Zichtbaarheid werd verminderd tot een 30 meter en van zeezoogdieren spotten was er helaas weinig sprake meer.

Maar af en toe werd de zichtbaarheid iets beter en diverse vogels kwamen nog steeds op onze gele schuit af, belust op voedsel. Roel staat klaar met zijn camera in de aanslag.

De golven werden ruwer met de opstekende wind en het spatwater vloog met geregelde tussenpozen op het dek en zelfs tot op het boegdek.

Onvoorspelbaar en grillig, zo is de Noordzee en ik kan er alleen maar kalm van genieten, warm weggedoken in mijn winterjas. En ondanks deze mistige namiddag ben ik er zeker van dat de andere opvarenden hetzelfde voelden. We waren even weg van dagelijkse beslommeringen in een omgeving waar internet en GSM vergeten worden op maat van het samenspel tussen wind en water. We leefden. Daarvoor ben ik de zee steeds weer dankbaar om mij dat te laten beseffen. Probeer het zelf ook eens. De zee zingt, je hoeft alleen maar te luisteren ...

zaterdag 10 december 2011

Tienen's barre land

When the drums begin to fade
We made our love on wasteland
And through the barricades
Oh, turn around and I'll be there
There's a scar through my heart
But I'll bear it again
I thought we were the human race
But we were just another border-line-case ...

Spandau Ballet - Through the barricades
Verstopt achter industrieterreinen op een weids plateau ligt een vreemde parel aan de kroon van suikerstad Tienen. Hier zijn diverse afgravingen gebeurd sinds de jaren '70 ten behoeve van het storten van het restproduct van de raffinage van de suikerfabriek die in deze stad prominent aanwezig is en waarvan het product zeer gekend is. Het is hier zo aangerijkt dat planten het hier zeer moeilijk hebben. Een combinatie van voedselrijk slib en grote wateroppervlakten, hoe vreemd geurend ze ook mogen zijn - ze lijken allemaal te geuren naar rotte sla-, zorgt voor een bepaalde aantrekkingskracht op overtrekkende vogels, het merendeel steltlopers die de slibpartijen opzoeken. Ook in oktober was dit weer het geval.

Deze zeldzame doortrekker van het hoge Noorden was de eerste verrassing op deze zonnige herfstdag.

Het is een Rosse franjepoot (Phalaropus fulicarius) in winterkleed die steeds om zijn as draaide in het water. Deze soort gebruikt die tactiek om voedseldeeltjes uit de bodem los te trappelen. Het was fascinerend om naar te kijken hoe snel deze gekke vogel wel niet bleef ronddraaien ! Tijdens een zeldzaam momentje van rust kon ik het beestje eindelijk fotograferen.

Maar de grootste klapper moest nog komen. We bleven iedere oever afzoeken en besloten om de laatste nieuwe waterplas ook eens na te kijken of onze doelsoort er niet zat. Als het niet lukte zouden we naar huis gaan. Pieter zet zijn telescoop neer en Thomas en ik kijken rond met de verrekijker tot Pieter het uitroept ...

"Ja, w'ebben 'em !"

Hier was eindelijk die Amerikaanse dwaalgast : de Gestreepte strandloper (Calidris melanotos) met een typisch rugpatroon die de determinatie mede mogelijk maakte. Het beestje bewoog rusteloos tussen het riet door op zoek naar een hapje en was desondanks professioneel gecamoufleerd want geregeld verloren we hem uit het oog. Al spoedig komen andere vogelaars op ons af en zou de telescopenpret weer beginnen.

Wij stappen rustig terug naar mijn busje, zeer tevreden met deze vulling voor de zondagnamiddag en terwijl de zon aan de einder wegzakt rijden we weer op Leuven aan, nagenietend van twee uitzonderlijke waarnemingen.

maandag 5 december 2011

Ergens


Ergens
waar de wolken kussen de maan
Zweeft
een klein briesje wit als cellofaan
Blinkend
de zware cosmos van het menselijk bestaan
Bomen
raken de hemelgewelven donker uitgedost
Huppelend
de lichten in frêle satijn, in die waterspiegels
Broos
als ze zijn gevormd en verwekt door de ziel

Ergens
waar de wolken kussen de maan
Zal
jij ooit glimlachen in het licht
Dat
sprankelt, glitterend speelt
Ergens
waar de wolken kussen de maan
Jij
met hem -Ik- die spoedig volgt
Daar
waar de wolken kussen de maan

VAG@2006 - Ergens