"Et j'irai loin, bien loin, comme un bohémien, Par la Nature, - heureux comme avec une femme."
Arthur Rimbaud

donderdag 31 mei 2012

Een ecologische ramp

What about sunrise
What about rain
What about all the things
That you said we were to gain...
What about killing fields
Is there a time
What about all the things
That you said was yours and mine...
Did you ever stop to notice
All the blood we've shed before
Did you ever stop to notice
The crying Earth the weeping shores?

Michael Jackson - Earth
En meer woorden maak ik er niet meer aan vuil. Ik ben bezig met studies op te zoeken over de voor- en nadelen van jacht, dat mag de lezer nog verwachten. Maar politiek ? Nee, ik hou mij er niet meer mee bezig. Ze zijn verkozen om het goede van de kiezers voor eigen belangen en geld te stellen. Wat een naïviteit stelde ik toch tentoon een paar jaar terug ... Met kortzichtige politici als Joke Schauvlieghe heeft Vlaanderen zelfs geen ontplofte kerncentrale of overstromingen meer nodig om in een rampgebied te veranderen.

Intriest.

http://www.demorgen.be/dm/nl/2462/Standpunt/article/detail/1446531/2012/05/31/Dankuwel-merci.dhtml

http://www.demorgen.be/dm/nl/5036/Wetstraat/article/detail/1446293/2012/05/30/Schauvliege-stemt-in-met-milieuvergunning-Uplace.dhtml : haar toverwoord : "bijzondere voorwaarden".

http://www.nieuwsblad.be/article/detail.aspx?articleid=DMF20120530_00168000 : zelfs de burgemeester van Vilvoorde zelf is er niet mee opgezet.

En haar oude stoten zijn ook nog niet vergeten : http://roadlessrover.blogspot.com/2012/01/vogelvrije-vossen.html

zaterdag 26 mei 2012

Festijn in de Viroinvallei

"To see a world in a grain of sand,
And a heaven in a wild flower,
Hold infinity in the palm of your hand,
And eternity in an hour."

William Blake - Auguries of Innocence
De Viroinvallei. Het blijft een zuidelijk stukje België waar je jezelf heel ver weg waant. Op een late aprildag op warme kalksteenheuvels hoef je je ogen maar te sluiten en je bent in Italië, Spanje of Frankrijk. Combineer dit met de kleine, Franstalige dorpjes, een vegetatie die voor de doorsnee Vlaming volslagen onbekend oogt en een fauna die slangen en andere reptielen omvat en deze zuiderse illusie is niet moeilijk op te roepen. Ik wou absoluut nog eens terug in de lente en ik kreeg Lore ook zover om er een fotografie-dag van te maken. Gewapend met onze Canons gingen wij dus op pad onder een zware watergevulde bewolking die, zoals mijn klein teentje al voorspelde, opklaarde zodra wij in de Viroin arriveerden en de rest van de namiddag gaf een landschap onder onze ogen weer waar fotografen lyrisch van worden. Laat de foto's maar voor zich spreken ...
In de laatste regendruppels zoeken we de eerste bloeiende Mannetjesorchissen (Orchis mascula), het is een late lente na zo'n regenachtige aprilmaand en het contrast met de bloeiende graslanden van vorig jaar is groot.
Ook de insectenfauna is niet zo uitgebreid voor de tijd van het jaar maar deze Maartse vlieg (Bibio marci) liet zich makkelijk op beeld vangen. Het is eigenlijk geen vlieg maar behoort tot de rouwvliegen (Bibionidae) en ze vliegen vooral in april ...
De wolken trekken op en Lore ziet de dag weer zitten.
Een Kogelbloem (Globularia bisnagarica) twijfelt of hij uit zijn gezellig hoekje zou komen. Het is toch zo lekker knus.
Een Muurhagedis (Podarcis muralis) doet wat ze het beste doet : stenen beklimmen en zonnen.
In de zon doet een Rolpissebed (Armadillidiidae) enkele turnoefeningen.
Deze mieren (Formicidae) waren hun larven aan het verhuizen toen wij ze ontdekten. Het was een hele bedrijvigheid dat de uitdrukking "ijverig als een mier" alle eer aan deed.
Schapenwolkjes en ongelovelijk diepblauwe luchten zorgen voor een fotografisch festijn voor mijn Canon Eos 350D met polarisatiefilter. Net zoals de geuren en kleuren van de Viroin voor een zintuiglijke festijn zorgen. Ga erheen. Je zal het je niet beklagen ! Deze pdf (klik!) van de Landschap vzw kan je zeker op weg helpen.

donderdag 24 mei 2012

Lentekriebels



Lichte lucht ligt zwaar
op verhitte muren
Onder een uitgebloeide kerselaar
mijmerend in eindeloze uren
Stiekem opzij gluren
naar vrouwelijke frivoliteit
Een gevoel, van tijdloze tijd

Vlinders slurpen, bijen surfen
Een stiekem meer durven
Lentekriebels ...



Deze foto werd gemaakt en bewerkt door Sarah Cumps, verder gebruik zonder haar toestemming is strikt verboden.

vrijdag 18 mei 2012

Proeven van marien onderzoek

The field of biology: that's all about yukky, squishy things.

Sheldon Cooper in The Big Bang Theory
Een vroege vrijdagochtend staan de studenten van het Engelstalige vak "Marine ecology" in de lange gang die de levende ader vormt van het treinstation Leuven, wachtend op professor Volckaert. We pakken de eerste trein richting Oostende om daar een halve dag te vertoeven op het onderzoeksschip de Zeeleeuw; een omgebouwde loodsboot die in haar laatste werkjaar nog steeds zonder morren dienst doet. We zijn in twee groepen gesplitst en ik behoor tot de groep die in de voormiddag op het schip zal werken; merendeels op de Stroombank ter hoogte van Raversijde.
Charlotte zag de excursie van 's morgens vroeg al volledig zitten met haar sexy regenbroek...
En ook professor Volckaert was zijn enthousiaste en lichtelijk chaotische zelf. Van hot naar her struint hij rond op het dek, steeds de diverse aspecten van onderzoek op zee toelichtend.
Een van die aspecten is planktononderzoek (zowel fytoplankton als zoöplankton) dat gevangen wordt met dit sleepnet en middels een filter terecht komt in een fles onderaan het net geschroefd.
Een heel ander aspect is wateronderzoek via deze containers die op bepaalde dieptes op afstand geopend en gesloten kunnen worden voor staalnames.
Ook bodemstalen worden genomen om bodemorganismen te bestuderen. Deze schep sluit automatisch bij het raken van de bodem en de stalen worden nadien gespoeld en gezeefd voor verdere studie.
De taak van het bestuderen van de bodemorganismen was weggelegd voor Rein en Arne die het maar al te geweldig vonden om te kunnen wroeten in het zanderige slib.
En dan werd voor drie kwartier de boomkor ingezet. Zoals ik eerder al aanhaalde is dit het meest gebruikte vangnet in de Belgische visserij maar is het een zeer bodemverstorende techniek die bovendien veel bijvangst oplevert zoals verder in deze post duidelijk zal worden. Ook technisch gezien is het een inefficiënt toestel inzake brandstofverbruik en mankracht.
Een voorbeeld van de vangst; aan de vele Noordzeegarnalen, krabben, zee- en slangsterren en platvissen is duidelijk te zien dat deze techniek de bodem behoorlijk omwoelt. Platvissen zoals Schar (Limanda limanda), Pladijs (Pleuronectus platessa) en Dwergtong (Buglossidium luteum) die van de juiste grootte waren verdwenen in een bak voor de kombuis van het schip en later zou het herrijzen als het avondeten van de bemanning. De rest was bijvangst en verdween terug overboord. Schattingen van overleving van de bijvangst gaan maar tot zo'n 30%. Vaak is het zelfs minder, alleen al door de grote drukverschillen die deze zeeorganismen ervaren. Quota zijn dus maar een halfslachtige oplossing voor overbevissing. Mariene reserves zoals her en der nu opduiken als kraamkamers voor vissoorten zijn een betere toekomstgerichte visie.
Een van de opdrachten was het opmeten van alle gevangen platvissen. Merlijn en Tom gingen aan de slag, geholpen door Charlotte.
Tenslotte zag Tom dat het dik in orde was, deze trip op zee.
Een overzichtje van de gevangen vissoorten. Linksboven vindt men de Dwergtong, links in het midden Sprot (Sprattus sprattus). Linksonder ziet men Harnasmannetjes (Agonus cataphractus) en Gewone zeedonderpad (Myoxocephalus scorpius). Rechts vanboven vindt men Wijting (Merlangius merlangus, te herkennen aan de zwarte vlek aan de basis van de borstvin), daaronder Spiering (Osmerus eperlanus) oftewel het komkommervisje wegens zijn niet te verwarren geur. De kleintjes zijn Dikkopjes. De andere weet ik niet goed meer.
Een Gewone heremietkreeft (Pagurus bernhardus) die uit zijn schulp kroop. Het zachte achterlijf is goed te zien en daarom moeten zij, in tegenstelling tot hun verwante andere kreeftachtigen (Crustaceae) een schelp zoeken ter bescherming.
Een close-up van een Zeedonderpad, ik vond het een prachtige vis.
Een Harnasmannetje van dichtbij, zo valt de omhooggaande snuit des te meer op. Dat is het belangrijkste kenmerk.
Een van de schattigste dingen aan boord was wel dit, Sepiola atlantica oftewel de Atlantische dwerginktvis. Bekijk die kleuren !
Gewone zwemkrab (Liocarcinus holsatus) met eikapsel en een omklemde Noordzeegarnaal (Crangon crangon).
Met dit alles vloog de voormiddag letterlijk voorbij en we voeren weer Oostende binnen, omringd door Visdiefjes (Sterna hirundo) die her en der het water in schoten om een maaltje vis te vangen.
Dit was een van de opvallendste dingen die ochtend, een van de windmolenwieken voor het windpark op de Thorntonbank. Indrukwekkend !
Na onze lunch bezochten we het VLIZ, Vlaams instituut voor de Zee, in Oostende. Één van de onderzoeksgroepen hield zich bezig met determineren van de diverse fauna in onze mariene wateren, een voorbeeldje was deze Geep (Belone belone) onder de binoculair.
Maar er worden ook dingen gekweekt voor onderzoek zoals deze roggen.
Arne bekijkt met aandacht het drukke leven in de kweekbakken.
Tenslotte is een van de belangrijkste onderzoeksonderwerpen onderzoek op otolieten, een binnenoorstructuur van vissen dat gebruikt kan worden voor identificatie van de soort en zo gebruikt kan worden in historische onderzoeken (wat aten de mensen in Mechelen aan vissoorten honderd jaar geleden ?) of in het huidige visserijbeleid (lange termijn onderzoeken op visstocks, controle van vangbeperkingen, ...). Het is een van de meest boeiende onderwerpen die het VLIZ voor haar rekening neemt.

Dan was de dag weer voorbij en in een plensende onweersbui lopen we de overvolle tram op om ons tussen de mensen door te persen en naar het station van Oostende te sporen, terug naar Leuven, moe maar met tal van leuke indrukken rijker in ons brein.

woensdag 2 mei 2012

Aprils Zeeland

The first symptom of the process of killing our dreams is when we say "I'm very busy now"

Paulo Coelho
Soms is het leven een verrassing. Zelfs mijn ouders. Plots, op een maartse late avond, kondigden ze aan dat er een midweekje in Renesse, Zeeland geboekt was. Om uit te waaien samen met onze hond Darko. Van kleinsaf aan droomde ik over zulke spontane tripjes en de weidse zee, daarom is het steeds leuker om zo'n mededelingen te horen, hoe oud ik ook mag worden. Spontaniteit is het leven wel waard. En niet alleen hierom. Trouwe lezers weten inmiddels al langer hoe Zeeland een plaatsje in mijn hart veroverde.
De eerste avond gaan Darko en ik direct het strand op. Het blijkt een strand te zijn waar niet zoveel van vloedlijnen te vinden is door de wegspoelende stroming langs de vele zandbanken voor de kust maar het blijft een verzuchting om de branding te horen ruizen en een zonsondergang te aanschouwen. En dat is zeker niet het enige.
Want niet alleen de lange strandwandelingen met Darko zijn voor mij een bron van plezier, maar ook even naar de Brouwersdam fietsen en de Grijze zeehonden (Halichoerus grypus) spotten is een kinderlijk genoegen. Een genoegen dat ik dit jaar ook eens kon delen met mijn ouders en zus op onze laatste dag toen we met de auto's langs de Brouwersdam stonden en een drie kwartier durende wacht optrokken vooraleer de eerste te zien.
Toch is Zeeland niet enkel bekend om zeehonden, maar het is ook een vogelparadijs dat ik verken met mijn Stevens Galant SX. Het zonnetje schijnt en de frisse zeewind zorgt voor mijn ideale gevoelstemperatuur als ik uiteindelijk in de Prunjepolder arriveer. Tussen de schapen zitten met mijn telescoop is wel een nieuwe ervaring ...
Dit is onder andere het speelterrein van de "bonte pieten" oftewel Scholeksters (Haematopus ostralegus)...
... maar ook Kluten (Recurvirostra avosetta) hebben hier een zomerverblijf geboekt om hun nakomelingen groot te brengen.
Ondertussen zijn andere zomergasten hier aan het dineren zoals deze Lepelaar (Platalea leucorodia).
Drie dagen zijn snel voorbij en voor je het weet maak je met jouw beste harigste vriend een laatste lange strandwandeling op een zonvergoten Aprilse vrijdag langs het uitgestrekte strand terwijl Zilvermeeuwen (Larus argentatus) her en der opvliegen.
Of ze zoeken een maaltje zoals deze rakker die een Strandkrab (Carcinus maenas) heeft vastgekregen en zich verheugd op zijn schaaldier-lunch.
Andere dieren zoeken hun voedsel in de branding zoals deze Aalscholvers die zeer dichtbij het strand zwommen en regelmatig onderdoken om steeds achter visjes te jagen met wisselend succes.
Na tweeënhalf uur zandtrappen wordt het tijd om de Passat een laatste keer op te starten en terug naar België te rijden via Middelburg waar ik met mijn ouders en zus nog een lekkere maaltijd van uiensoep en schnitzel meepik. Boven Neeltje Jans pakken zich dikke grijze wolken samen dat een onrustig decor schept voor de onvermoeibare windmolens... Zeeland heeft steeds weer een speciale manier van afscheid te nemen !