"Et j'irai loin, bien loin, comme un bohémien, Par la Nature, - heureux comme avec une femme."
Arthur Rimbaud

vrijdag 17 mei 2013

Erfgoedkamer Bertem

To Everything (Turn, Turn, Turn)
There is a season (Turn, Turn, Turn)
And a time to every purpose, under Heaven

A time to build up,a time to break down
A time to dance, a time to mourn
A time to cast away stones, a time to gather stones together

Byrds - Turn! Turn! Turn!
Als vervolg op mijn vorige blog over het leven vijftig jaar geleden in de Dijlevallei in Korbeek-Dijle was het niet meer dan normaal dat ik op de Erfgoeddag (21 april) mij begaf naar de oude Pastorij in Bertem, hoofdgemeente waartoe Korbeek-Dijle behoort, voor een wandeling doorheen de bebouwde geschiedenis van Bertem dorp. Deze wandeling, georganiseerd door de Erfgoedkamer Bertem vzw had als thema immers "Stop de tijd": een compilatie van oude landschapsfoto's en documentatie van gebouwen, kapelletjes, waterpompen en dergelijke die nu misschien niet meer bestaan, uitgeweken voor de autosnelweg de E40 of andere bebouwing, of die misschien getransformeerd zijn van uitzicht. Het werd een heel interessante en soms confronterende wandeling. Of hoe op vijftig jaar tijd alles kan veranderen. Vooruitgang is goed, maar soms was het vroeger toch beter, misschien ... ? Komt u even met mij mee ?
Sophie, de gids van de dag en kleindochter van bompa Jean, leidt ons eerst tot hét dorpsbeeld: de Romaanse Sint-Pieters-Bandenkerk, gebouwd aan het einde van de 10e eeuw is zij een van de bitter weinige echte Romaanse kerken in de regio. Het heeft wel iets die eenvoud. De techniek stond toen nog niet op het punt zoals ze later voor de lichte ruimtelijkheid van de gotiek wel zou zijn maar kerken in deze troebele tijden moesten soms ook aanvallen weerstaan en beschutting bieden aan vluchtelingen. De kerk had in die periode dan ook geen deur in de grote toren vooraan, dat was net haar bescherming: hier konden mensen zich in de toren terugtrekken en de toegang afsnijden.
Het mooie aan deze kerk vind ik haar plaats in het dorp, middenin de boerderijen, het lijkt bijna organisch gegroeid en het past niet anders bij een landbouwdorp als Bertem dat zich in stand hield dankzij de rijke leemgronden van het plateau. In 1934 werd de kerk gerestaureerd onder leiding van kanunnik Raymond Lemaire die de kerk haar oorspronkelijke uiterlijk van begin 13e eeuw teruggaf.
Sophie toont hier een van de oude foto's die ze in haar gidsentas meegebracht heeft. Het kapelletje dat opgericht is door de lokale jeugdbeweging (de Chiro van Bertem) voor haar beschermheilige "De Burchtgravinne" heeft aan de overkant van de straat al plaats moeten ruimen voor een tankstation en een nieuwe woonwijk, wij staan als groep voor de modernere vervanging dat door een architect ontworpen werd. Een wereld van verschil ! Of eerder een tijd van verschil ...
Beneden de helling aan de kerk ligt het Hof van Berthie. Dit was altijd een zeer rijke boerderij, dat zie je ook aan de typische vierkantshoeve-vorm dat nodig was om zichzelf te kunnen verdedigen in tijden van onrust en rovingen. De woonvleugel stamt uit de 17e eeuw toen het hele eigendom in eigendom was van de Franse abdij van Corbie. De indrukwekkende toegangspoort bevatte toen een duiventil. Want let op, niet iedereen mocht zomaar duiven houden. Duiven waren heel handige dieren om te houden: ze bezorgden hun bezitter veren voor isolatie, eten voor op het bord, duivenmest voor in de tuin en op de akkers en ze onderhielden zichzelf. Maar om hun maag te vullen, pikten ze graantjes op gronden die ze maar lukraak uitkozen en dat was diefstal indien dit op grond was dat niet jouw eigendom was. Dus enkel grootgrondbezitters, waarbij de kans groot was dat de duiven op hun eigendom zouden eten, mochten ook duiven houden ...
In de Tweede Wereldoorlog werd helaas deze prachtige toegangspoort beschadigd en verdween weer een stukje geschiedenis. Gelukkig is de rest bewaard gebleven en gerestaureerd en lopen er nog steeds koeien op 't erf ! Ze onderbreken met luid geloei met geregelde tussenpozen de uitleg van Sophie en het ontlokt aan mijn moeder het volgende woordje in het Bertems/Korbeek-Dijls: meutte. Een meutte, dat is een kalf, vervolgens heb je een knoeper, 'da et iets greuter', een veis, dat is een vaars ... Sappige woorden wel ...
Deze Hendrickxkapel is een ander voorbeeld van een verplaatst en nieuw opgebouwd kapelletje omdat de oorspronkelijke kapel beschadigd werd door een omgevallen boom. Hier werd de Heilige Wivina vereerd, ze was oorspronkelijk een rijke abdis en was ook een heilige voor gewone boerenproblemen zoals verloren dieren, mond- en klauwzeer, gezwellen en dergelijke … Een minder bekend gebruik van de kapel kwam door haar afgelegen ligging in het dorp, bijna volledig in de velden, dat de kapel de ideale afspreekplaats maakte voor geliefden in de preutse tijden van toen.
De naam Hendrickxkapel komt van de welgestelde Raymond Hendrickx, die van 1921 tot 1930 burgemeester van Bertem was en ook dit voor de streek opulente herenhuis liet bouwen naast de oudere bescheiden witte woning.
Een interessant overblijfsel is deze "kre(u)p" (met doffe eu uitgesproken) dat een voeder- of drinkbak was voor vee en paarden. Je kan je hier helemaal voorstellen hoe de welgestelde burger zijn gasten ontving die per paardenkoets arriveerden en ze langs de trappen het huis binnenleidde.
Bertem is in de streek helaas ook bekend omwille van de vele watersnoden die zich in het verleden voordeden -met modderstromen die van de omringende plateaus afdenderden- maar de laatste jaren is het ook berucht omwille van de overstromingen van de Voer, een zijrivier van de Dijle. Mij verbaast dat niet als men ziet hoe dicht op de Voer men bouwde en nog steeds bouwt. Vroeger had men de rivier nodig voor haar water, voor de was of voor kleinschalige industrie en deze situatie is dus enigzins historisch gegroeid, geholpen door het chronische gebrek aan planvermogen in België tot in de late jaren negentig.
Een typisch en verdwijnend zicht -deze woonst wordt binnenkort gesloopt- zijn de oude simpele bakstenen boerderijen met hun groen geverfde deuren en luiken. De kasseitjes die het erf orneren. Gebarsten tegels waar het gras haar terrein een beetje terugwint. Een uitstervend ras in een steeds meer hermetisch opgetrokken woningbouw.
De Oude Pastorij is de vroegere pastoorswoning waar de dorpspastoor vertoefde als hij de dorpsgemeenschap niet moest bedienen van geestelijke zorgen. Deze pastorij is in de 17e eeuw gebouwd ver van de kerk, in het midden van het dorp, door een pastoor die behoorlijk vreesachtig was in die woelige tijden met roversbenden en doortrekkende legertroepen. Hij liet deze pastorij bouwen dat nog eens extra beschermd was door een omheinde muur en een walgracht binnen deze stenen muur.
Men voelt het verleden zo vibreren op die oude, licht krakende houten trappen.
De wandeling is ten einde, de Erfgoedkamer Bertem vzw stelt nog enkele artifacten tentoon uit haar groeiende archieven. Dit initiatief verdient alle steun en het is meteen ook de reden waarom ik deze blog schrijf. Natuur staat in onze contreien nu eenmaal niet meer los van de menselijke invloeden die ze al ondergaat sinds de laatste 3000 jaar. Net zoals natuur is ook cultuur een bedreigde instelling in onze moderne jachtige tijden. Initiatieven zoals dorpsgeschiedenisboeken en de opbouw van archieven sta ik dan ook vierkant achter !
En niet alleen omdat het soms zo'n mooie beelden oplevert, zoals mijn pas gewassen en gewaxt busje voor de oude wasserij Peluc dat voorheen de brouwerij Delvaux was, gelegen aan de Voer. Zo herleeft de geschiedenis weer even in vluchtige momenten. Zonder die geschiedenis waren jij noch ik nooit waar we nu staan... Er is een tijd voor alles zoals de Byrds al zongen, ook om even stil te staan en even in het verleden te kijken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten