"Et j'irai loin, bien loin, comme un bohémien, Par la Nature, - heureux comme avec une femme."
Arthur Rimbaud
Posts tonen met het label filosofie. Alle posts tonen
Posts tonen met het label filosofie. Alle posts tonen

zondag 31 maart 2013

Geuren

When you find yourself
In some far off place
And it causes you to rethink some things
You start to sense that slowly
You're becoming someone else
And then you find yourself

Brad Paisley - Find yourself
Het leven is steeds weer een ontdekkingsreis, een stukje van jezelf vernieuwen. Soms gaat het hard tegen hard, heb je moeite met veranderen. Andere keren gaat het als vanzelf, dat noemen ze het "wijzer" worden met de jaren. Alle veranderingen ten spijt zijn er nog steeds dingen die heerlijk hetzelfde blijven, een rustpunt doorheen het leven vormen. Een poort naar vroeger en een doorgang naar later. Een van die dingen, zo besef ik, zijn geuren. Onlangs las ik een zeer inspirerend verhaal op "The Art of Manliness" over wat nu precies 'mannelijke' geuren waren. Die geuren die als geen ander 'mannelijkheid', en dat is een ruim begrip, evoqueren ?

Het heeft mij aan het denken gezet. Net zoals Marcel Proust een intrigerende roman, Du côté de chez Swann, afleidde van één enkele vluchtige geur die hem terugbracht naar zijn adolescentie, zo heeft iedereen wel geuren die de persoon in staat stellen zich te identificeren, zich te manifesteren zo je wilt. Natuurlijk is dit niet enkel beperkt tot mannen en natuurlijk veranderen voorkeuren in de tijd, maar sommige geuren blijven datzelfde fijn gevoel opwekken. Ik heb heel lang zitten nadenken over hoe dit in mijn plaatje paste. Het is een introspectie en ik vond het een prachtige oefening. Het dwingt jezelf tot het overschouwen van wat je beleefd hebt en wat steeds een constante was in jouw leven tot nu toe. Waar enkele geurmoleculen al niet toe kunnen leiden !
En even natuurlijk is mijn eerste keuze: oude auto's en hun bijhorende techniek. Ik ben zo opgegroeid met een grote liefde voor auto's en het is nooit voorbij gegaan. Het heeft gewoon iets, dat mechanische draaien en brommen. Elke oude auto met zijn eigen geluid en zijn eigen karakter; het roept nog steeds een speciaal gevoel op ook al weet ik dat het inmiddels al een gedateerd liedje is... Mijn verstand zegt dat ik het moet laten en zo milieuvriendelijk mogelijk moet zijn, maar de bekoring blijft. Ik heb het wel enkel met oude auto's waar de mechanica heerst en niet de electronica. Dat ziet men niet en dicht men dan ook geen karakter toe in tegenstelling tot trillende riemen en cylinders en mechanische raderen in de versnellingsbakken die met een geruststellende "klonk" in hun versnellingen gaan liggen.
Hetzelfde geldt voor tractoren. Ik heb iets met oude diesels, die rustige kracht achter dat regelmatige bonken van de cylinders.
Werkschuurtjes die ruiken naar roest, smeerolie, oud gereedschap ...
... en vervallen auto's in weiden, het evoqueert speciale geuren die in mijn herinneringen blijven. Geuren die mee bepaalden wie ik ben.
Dat ondervind ik dan ook nog steeds met mijn busje. Aan de motor of uitlaat werken vind ik heerlijk met al die vluchtige geuren van een oude dieselmotor die al een leven hard werk achter de rug heeft. Het is een beetje zoals binnenkomen in het huis van jouw grootouders of overgrootouders; zo'n geur van een lang leven.
Maar ik zou natuurlijk geen bioloog zijn als ik ook niet opgroeide met het bos. Dat cliché van de vochtige bosgeur, het is waarheid. Zeker als het net geregend heeft zweeft de vochtige grondlucht door de lucht, vervuld van humus en vergankelijkheid maar ook een herinnering aan het leven in het bos.
Daarbij hoort ook die andere bepalende geur, de geur van pas geveld en verzaagd hout. Houten meubelen. Kleur, textuur maar vooral die geur zorgen steeds voor een aangename roes van rust in een jachtig leven.
Net zoals oude houten boerenschuren dat doen. De geur van het zweet des aanschijns.
Maar de sterkste associatie met nostalgie en toekomst zijn coumarines, de stof die vrijkomt bij de afbraak van plantensuikers en mee verantwoordelijk is voor de typische hooigeur. Hooi. Al wie opgegroeid is op het buiten weet wat ik bedoel -behalve de hooikoortslijders misschien-.
Een overblijfsel van het boerenbloed in mij is die voorliefde voor de geur van groot vee, de mest, de huid, het zweet... Koeien hebben bij mij altijd een speciale rol gespeeld -vroeger wou ik dierenarts worden voor koeien en honden-, en ik blijf het geweldige, fotogenieke dieren vinden. Want ondanks hun domesticatie hebben zij, net als de hond en kat, nog een beetje dat rebelse karakter van hun voorouders bewaard. Dit geldt zeker voor Limousins, mijn absolute favoriet !
Moestuingrond en wortelen of selder die men net uit de grond haalt, gekneusde preibladeren, vers gedopte erwtjes, het hoort er ook allemaal bij. Toen ik klein was mocht ik bij mijn grootouders een stukje van de moestuin zelf onderhouden. Wortelen, zonnenbloemen en maïs samen met wat boontjes behoorden tot mijn opbrengst, wat mij zo fier als een gieter maakte.
Last but not least: waar zou dit overzicht op slaan zonder die beste vriend van de mens, de hond. Darko, die mij overal volgt, maar ook de honden die ik gekend heb en waar ik aangename herinneringen aan bewaar, zij zorgen voor mijn beste terugmijmeringen met een stille glimlach.

Dit lijstje is vanzelfsprekend totaal subjectief maar ik nodig mijn lezers uit om hier ook eens over na te denken, het is een heel aangename oefening die mensen steevast een glimlach zal bezorgen.

woensdag 13 maart 2013

Algarve - een beetje cultuur

"In the end, it's not the years in your life that count. It's the life in your years."
Abraham Lincoln
Hoe graag ik het ook zou hebben, het leven is niet alleen maar natuur. Wij als mensen behoren tot een maatschappij en wij staan in relatie tot elkaar, elke dag, zoals elke dierenpopulatie ook elke dag onderling communiceert. Wij hebben, net als bijen, dolfijnen en zovele andere sociale dieren, een cultuur waarbij ook nog een boeiende historiek aan verbonden is door onze inherente organisatiedrang. Dan krijgt men trotse, verlaten burchten, bescheiden kerkjes, opulente gebedshuizen, versierde huizen, ... Een menselijke stempel, en natuur is daar ook in aanwezig, het is tenslotte onze omgeving en onze geboortegrond. Ook zo in de Algarve...
Want in het zuiden leeft de geschiedenis en cultuur, soms nog net iets meer dan in het noorden misschien. Het eerste dat mij opviel toen Siel ons Tavira binnen leidde, dat kleine stadje langs de kust, waren de vele kerken -meer dan twintig zouden er zijn- en dit straatnaambordje. "Calçade dos sete cavaleiros" verwijst naar zeven legendarische Christelijke ruiter-ridders die de regio trachten te bevrijden van de Moorse bezetter en in de strijd sneuvelden. Deze laan ligt langs de Igreja de Santa Maria do Castelo, een 13e-eeuwse kerk vlak naast de oude verdedigingsburcht. Hier liggen de graven van de zeven ridders. De harde strijd tussen het Christendom en de Islam in vroeg-middeleeuws Zuid-Europa is hedendage nog steeds verbeeld in namen en tastbare overblijfselen zoals ik bijvoorbeeld vorig jaar in de Pyrenneeën ook zag -met het Castillo de Loarre-.
De Igreja de Santa Maria waakt over het elegante stadje samen met een ander achtergelegen kerkje en de Castilo de Tavira, waarvan de basis een Neolitische oorsprong kent. Deze burcht was in de 12e en 13e-eeuw een belangrijk fort voor de Moren tot de herovering van de stad, door historici gedateerd in 1242 ongeveer, door de ridders van de orde van Santiago. In 1520 kreeg Tavira stadsrechten en was het de belangrijkste handelsplaats en haven van de Algarve tot de 18e eeuw.
Nu is het fort een vreedzame plaats met een interessante tuin en mooie uitzichten op de oude stad, zoals Sarah en Carl hier beleven.
Interessant waren namelijk de vele planten uit Zuid-Amerika, een knipoog naar het koloniale verleden van Portugal, zoals deze Chuva-d'ouro (Pyrostegia venusta) die oorspronkelijk uit Brazilië en Paraguay komt maar nu een populaire tuinplant is.
Dat Tavira een gezellige indruk maakt heeft het zeker aan haar geschiedenis als havenstad te danken maar ook aan de smalle, fel gekleurde straatjes, de gewoonlijke zwerfhonden en de occassionele muzikant.
Een andere bezienswaardigheid is deze brug op zeven bogen in Romaanse stijl maar met een uiterlijk uit de 17e eeuw, de periode waarin de handel bloeide. Het overspant de Gilão rivier die nu nog vissersboten herbergt en waar we langs de kade ook een vismarkt aantreffen voor grote opkopers.
Na Tavira is Faro een logische keuze, ze liggen op slechts dertig kilometer van elkaar en ook Faro staat met zijn voeten in een diepe historische grond. Ook al wegen de jaren een beetje op het uiterlijk van de stad, ze is nog steeds behoorlijk levendig als belangrijkste stad in de Algarve.
Ooievaars (Ciconia ciconia) zijn hier al terug aanwezig of ze zijn overwinteraars en nestelen door de hele stad heen, in de streek worden ze beschouwd als geluksbrengers. In 2009 maakte ik in Silvès mee dat een grote supermarkt een nest van deze witte frêle vogels met rust liet toen ze kozen om op hun naamsbord te nestelen. Men stapte onder het nest de deuren van de moderne supermarkt binnen. Ik vond het hartverwarmend, een voorbeeld van hoe mens en natuur samengaan. Ooievaars verkiezen namelijk menselijke bebouwing, niet alleen op trek waar de hogere warmte van bebouwing voor meer thermiek zorgt maar ook in hun keuze van nestplaatsen. Mensen bieden hoge nestplaatsen en hoge nestplaatsen bieden op hun beurt bescherming tegen predatoren.
Een beetje uit het centrum gelegen staat de trotse, in barokstijl opgetrokken, Igreja do Carmo, oorspronkelijk opgericht in 1719 met de opbrengsten van het Braziliaanse goud, de toenmalige Portugese kolonie.
Typisch barok is het enorme, met bladgoud versierde, altaar achterin de kerk, een ware reflectie van de rijkdom van die gouden koloniale tijd en de toenmalige macht van het Christendom.
Maar we zijn hier voor iets dat wat verstopt ligt achteraan in een smal tuintje achter de kerk. Hier ligt de Capela dos ossos, de Beenderenkapel. Gebouwd in de negentiende eeuw uit menselijke beenderen -vooral dijbeenderen- en zo'n 1245 schedels is het nu een oefening in bescheidenheid en de vergankelijkheid van het leven. Erg krachtig. En dat voor een klassiek geval van recyclage en noodzaak. Het is een getuige van een lang in stand gehouden katholieke traditie van knekelhuizen, een oplossing voor begraafplaatsen die ruimte moesten maken voor de doden die erbij moesten liggen. Tegelijkertijd was het een belangrijke katholieke boodschap over de beperkte duur van het leven, de filosofische beschouwingen van het hiernamaals en het belang van ingetogen te leven om de eeuwigheid van de hel te vermijden.

Het is niet het enige voorbeeld van zulke spaarzame en licht-macabere bouwkunst, in Evora (Portugal) staat er bijvoorbeeld een nog veel grotere Franciscaanse beenderenkapel.
De symmetrisch gemetselde beenderen en schedels zijn deze van zo'n 1200 monniken van de orde van Karmelieten die opgegraven werden in 1816 door dezelfde orde. Wanneer men in de ogen kijkt van één van de vele schedels kijkt men in de oogkassen van een -toch wel erg kleine- man die omstreeks 1245 leefde. Het is een vreemd gevoel die de ruggengraat beroert. De inscriptie aan de ingang omschrijft het perfect: "Pára aqui a considerar que a este estado has-de chegar" : "Stop hier om te bedenken dat dit ooit uw toestand zal zijn."

Eerlijk gezegd vond ik dit het mooiste religieuze monument dat ik ooit zag, puur door de bescheidenheid. Dat siert de mens en zou onze wereld veel meer ten goede komen, en niet alleen in ecologische zaken ... We zijn hier maar kort vergeleken met de hele geschiedenis van de aarde en de evolutie. Laat ons er dan ook iets blijvends en positiefs mee doen.
Na de heldere luwte van het knekelhuis komt men dan terug buiten onder de blauwe hemel waaronder de vele korstmossen op de stenen schitteren van leven en komt er een eenzame, vitale kat op de grafstenen aangelopen...
... en neemt Moedertje Natuur haar plaats langzaam weer in op deze menselijke overschotten...
En dan waardeer je vriendschap des te meer natuurlijk !
In de late en verrassend warme namiddagzon lopen we langs de kleine haven van Faro waar deze Geelpootmeeuw (Larus michahellis) ons aanstaart, deze soort is hier in het Middelandse zeegebied en de zuidelijke Europese regionen de ecologische vervanger van de ons goed bekende Zilvermeeuw (Larus argentatus).
Een ander verrassend trefpunt tussen menselijke techniek en de natuur is de spoorlijn die in Faro station eindigt en langs het estuarium spoort.
In zuidelijk Europa moet je ook altijd kennis maken met de locale markten vind ik. Zij geven net zoals hier goed de gewoonten en samenstelling van de bevolking weer. Zo ook hier op de zaterdagmarkten van Loulé. Loulé is een wat ingeslapen stadje dat nu ongewoon druk bleek te zijn wegens het uitbundige traditionele carnaval. Niemand van ons reisgezelschap heeft veel op met dit groot feest dat hedendage voor volwassenen vooral een excuus is om zichzelf belachelijk te kleden en zat te drinken, dus we zorgen wel dat we er uit de buurt blijven.
Het zorgt wel voor rustige markten zoals hier de wekelijkse vis- en groenten/fruitmarkt in de markthallen.
Dit is voor ons, reizende studenten en biologen, vaak een unieke aangelegenheid om een andere kant te zien van het land en de regio die we bezoeken. Zoals deze kwieke senior die snel een appelsien van zijn eigen verkoopwaren schilt voor een tussendoortje...
Of de vele groepjes Portugezen die in rap staccato, dat voor ons één grote warboel van klanken lijkt te zijn, hun belevenissen, roddels en nieuwtjes uitwisselen. De straten zijn bezaaid met dat andere typisch Portugees aspect, de oude witte bestelwagens die nog steeds in dienst zijn en in dit land zonder sneeuw en strooizout nog niet weggeroest zijn uit het straatbeeld. Het toont een land dat trots volhoudt ondanks de lagere inkomsten en zwakkere sociale zekerheden vergeleken met West-Europa. En bovenal toont het mensen, elk met een unieke karakter en achtergrond, elk met een unieke stempel op hun evenzeer unieke levens...

donderdag 18 oktober 2012

Jeugdige salamanders

And now I-I-I am a ... salamander ! salamander ! salamander !

The Axolotl song

Don't it always seems to go
That you don't know what you've got
'Til it's gone
They paved paradise
And put up a parking lot ...

Joni Mitchell - Yellow taxi
Dit is een post om duidelijk te maken dat wat we hebben, we heel snel kwijt kunnen spelen ... Het is een boodschap voor de vele nieuwe gemeentebesturen, net als hier in Oud-Heverlee, een van de groenste gemeenten van het land zoals onlangs nog bleek uit het natuurrapport van Natuurpunt. Hou het ook zo...

Waarom klink ik nu zo ? Omwille van de plots schrijnende toestand van de Vuursalamander (Salamandra salamandra) in Nederland alwaar de enige bekende trefplaats in Limburg ineens een steile achteruitgang ziet in de populatieaantallen ... Het was voor de Nederlanders (RAVON) voldoende reden om deze website uit te brengen : SOS Vuursalamander. Het is vijf voor twaalf voor deze prachtige soort bij onze Noorderburen. Laat dit ook niet in Vlaanderen gebeuren ...

Want amfibieën en reptielen zijn die twee soortengroepen die erg gevoelig zijn voor veranderingen in het milieu, net als de dagvlinders en de bijen. Het zijn uitstekende graadmeters voor de toestand van de natuur in de Lage Landen, en die ziet er momenteel niet rooskleurig uit. Een economische crisis en een verharding van politieke wil doet er ook geen goed aan.

Trouwe lezers weten al langer dan vandaag dat de Vuursalamander mij nauw aan het hart ligt, in Meerdaalwoud is een van de grotere populaties in Vlaanderen te vinden. Ook deze populatie leed zwaar onder een menselijke druk (grondwaterboringen in het verleden, bosexploitatie, verkeer, ...). Wat de lange termijn zal brengen voor deze prachtige amfibische draakjes in onze bossen, wie zal het zeggen ? Ik kan alleen maar informatie over deze soort vergaren zodat men ze beter leert kennen en middels foto's het grote publiek aanspreken. Dat doe ik nu hier ook.

Het is zoals Joni Mitchell 30 jaar geleden reeds zong : we weten niet wat we hebben, tot we het verliezen ...

"Kijk mama, zonder handen"
Jeugdige vuursalamanderlarve die bijna op metamorfose tot landsalamander kan overgaan, merk de uitwendige kieuwen op achter de kop en de kenmerkende gele vlekken.
Vuursalamanders zijn voor hun reproductie sterk afhankelijk van een geschikt bosbiotoop, dankzij gesprekken met de boswachters en Hyla zijn deze in kwaliteit en kwantiteit toegenomen de laatste twee jaar. Het effect laat zich al voelen in een sterke vermindering van mortaliteit. Hopelijk merken we het later ook in de dichtheden. De vinger aan de pols, zoals heel Vlaanderen en bij uitbreiding iedere mens zou moeten doen, zonder natuur en bij uitbreiding biodiversiteit kunnen we immers niets doen ...

maandag 9 juli 2012

Big Jump Dijle

Het is al heel mijn leven dat ik mij aangetrokken voel tot water. Net zoals vele andere mensen het onbewust beseffen is het de vele gedaanten dat dit chemisch element kan aannemen die ervoor zorgen dat water lijkt op de menselijke lotgevallen en gedachten.

Het is niet voor niets dat water zoveel aandacht kreeg in de Romantiek van illustere namen zoals Frédéric Chopin en Claude Debussy, Claude Monet en Pierre-Auguste Renoir en vergeet Victor Hugo en William Wordsworth niet. En de lijst groeit en groeit als je erover nadenkt zoals dit kunstwerkje van Johann Wolfgang von Goethe met zijn "Gesang der Geister über den Wassern" :
Wind ist der Welle
Lieblicher Buhler;
Wind mischt vom Grund aus
Schäumende Wogen.

Seele des Menschen,
Wie gleichst du dem Wasser!
Schicksal des Menschen,
Wie gleichst du dem Wind!
Toch behandelen we het water om ons heen tegenwoordig behoorlijk stiefmoederlijk. Om maar niet te zeggen ronduit slecht. Niet alleen de zeeën maar ook onze rivieren kreunen onder de menselijke last. In Vlaanderen verbetert de situatie stilletjes aan dankzij de scheiding van regenwater en afvalwater en de zuiveringsstations die her en der ingeplant worden. Onze rivieren komen terug tot leven.

Denk er even over na. Zonder water was er nooit een mens. Water had een sleutelrol in de evolutie van het leven en is nu nog levensnoodzakelijk. Doe een beetje moeite in uw aankopen, beperk de plastics en bespaar een beetje in het badschuim of douchetijd. Vele druppels maken een zee van verlichting van onze watersystemen...
Om het publiek een beetje wakker te schudden en bewust te maken organiseerden Natuurpunt en Aquafin samen met een aantal bekende Vlamingen voor het zesde jaar op rij de Big Jump : dit jaar kon men op zondag 8 juli over 20 verspreidde locaties in Vlaanderen tegelijk in een rivier of kanaal springen om 15 uur stipt. Dit jaar daagden er 2000 durvers op over heel Vlaanderen om in het water te springen, verlangend naar schoon water om ooit terug overal te kunnen plonzen en duiken en proetsen als onze overgrootouders ooit deden. Lees de Witte van Ernest Claes maar eens: het is een portret van jeugdige onbezorgdheid langs de oevers van de rivier toen jongens al spelend leerden zwemmen in onze heldere rivieren. Nauwelijks 60 jaar geleden kon dit nog. Dit kan opnieuw. Met moeite, tijd en vooral publieke steun.
Ja, ook ik stond tussen die 2000 springers samen met Marjo, Kiki en Vincent. Namelijk aan onze eigen Dijle die nog steeds een speciaal plaatsje in mijn hart bekleed. In zwembroek met meer dan 50 andere mensen. De kans om in onze Dijle eens te kunnen plonzen wou ik niet laten voorbij gaan. De regen van de voorbije dagen had haar rossig gekleurd van het sediment dat ze meevoert en haar stroming was versterkt maar het was nog meer dan veilig genoeg om het publiek te laten kennismaken met een van de properste en natuurlijke rivieren in Vlaanderen. Doordat ik mee sprong kan ik u geen geweldige springfoto's bieden zoals men die nu op de website of op hun facebookpagina kan vinden maar ik kan u wel een uniek zicht geven op het zwemmen in de Dijle vanaf het wateroppervlakte !
Maar eerst werd de stroming gecontroleerd om te zien of het verantwoord was om iedereen in de Dijle te laten zwemmen, kinderen incluis.
Na het spannen van de veiligheidstouwen werd het groen licht gegeven en de Leuvense Big Jump kwam op gang !
Mijn duiken waren niet sierlijk. De tweede keer vergat ik zelfs waar het trapje nu eindigde en plonsde ik behoorlijk onverwacht in de Dijle met mijn kopje onder. Dijlewater smaakt nog niet eens zo slecht ... Het publiek keek lachend toe op al die dapperen die het vrij frisse water insprongen.
Marjo en Kiki zaten mij op de hielen terwijl ik probeerde stand te houden in de stroming wat half lukte. Het was erg fris maar bij bijna 22°C en een zachte westenwind had het Dijlewater een erg opfrissend, opwekkend effect.
En tenslotte de schrijver van deze blog die zich als een bever in het water voelde !
Het duurde allemaal helaas veel te kort en ik vind dat ze dit meermaals mogen organiseren ! Zo'n duik in een rivier waar je mee opgegroeid bent is voor een waterrat als ik het recept voor een totaal geslaagde dag. Zeker als je er dan ook nog eens een dwingende boodschap mee kan afdwingen.
Zelfs een paar honden kwamen mee met het baasje zwemmen !
Naast het standje van Natuurpunt Leuven en VHM was ook de Katholieke Universiteit Leuven aanwezig. Anna werkte hieraan mee.
Want het KU Leuven heeft een traditie in het tonen aan het publiek wat er zoal in de Dijle leeft, ze dreggen met netten dit kleine stukje Dijle af en tonen hun vangst. Onder andere professor Volckaert, een van de visserijspecialisten, legt uit wat het publiek zoal ziet in de verschillende bakken.
Zo was een van de schattigste dingen deze Riviergrondel (Gobio gobio).

En zo was er weer een namiddag voorbij gevlogen. Ik heb een intiemere kennismaking met de Dijle, waaraan Leuven haar ontstaan dankt, achter de rug. Het smaakte naar meer. Als u de kans hebt om bij u dichtbij in de natuurlijke wateren te springen, doe het. Het is een verfrissende en prachtige ervaring. Laat ons ijveren om deze ervaringen te behouden voor onze kinderen en kleinkinderen !

Het verslag op de lokale televisiezender ROBtv op Youtube.