"Et j'irai loin, bien loin, comme un bohémien, Par la Nature, - heureux comme avec une femme."
Arthur Rimbaud

maandag 5 april 2010

Plantentuin Meise

Quiet hour
You have always been my wildflower
Showing up wherever beauty's lost its way

Sheryl Crow - Wildflower

Het zonnetje schijnt barmhartig op een autobus op parking Bodart, randje Leuven. Een hele groep biologiestudenten staat klaar om zich naar de Koninklijke plantentuin van Meise te begeven in het kader van Diversiteit van Planten, Wieren en Fungi. We kijken er al naar uit de leerstof tot leven zien te komen en toevallig valt de uitgestelde excursie nu op de mooiste lentedag van maart, zo'n 20°C en de sfeer zit er meteen goed in. Hoe anders was het begin februari toen het uitgesteld werd wegens plotse en hevige sneeuwval ?

Rond tien uur zijn we in Meise, randje Brussel, en luisteren we naar de ontstaangeschiedenis van deze plantentuin en hun drie voornaamste redenen van bestaan. Deze tuin kent haar onstaan onder Nederlands bewind met een herbarium dat nog vooral Indonesië en dergelijke omvat waar de koopvaardij toen actief was. Na de Belgische onafhankelijkheid in 1830 gaat dit herbarium naar het thuisland maar wordt er een grote privéverzameling overgekocht vooral met Zuid-Amerikaanse specimens uit Brazilië alwaar België eind 19e eeuw ook erg actief was. Leopold II zocht namelijk een geschikt gebied om te koloniseren en stuurde floralisten de hele wereld rond tot het zwaartepunt bleef liggen in Centraal-Afrika : Congo. Ook nu nog geldt Meise als dé specialist in Centraal-Afrika.

Dit plantje, vastgehouden door Pieter, heeft op zijn blad talrijke zwarte spikkels waarin bacteria met de plant in een zeer nauwe symbiose leven, als men elk apart probeert op te kweken zullen beide organismen sterven. Deze symbiose wordt nauwkeurig onderzocht in Meise.

De drie voornaamste redenen van bestaan zijn ten eerste onderzoek, vooral dan in Afrika en in de serres, ten tweede het herbarium dat de laatste jaren weer in trek komt bij onderzoekers om systematiek te onderzoeken middels genetische technieken en ten derde de zaadbank voor korte of lange termijn voor het genetische behoud van soorten en die soms wordt aangesproken voor herintroductie in natuurgebieden.

Martijn bestudeert de bloempotten.

Ook aanwezig in Meise zijn de grote biomen van de aarde -denk bijvoorbeeld aan woestijnen en regenwoud- in de serres en een grote evolutiekas waar de evolutie van het plantenrijk visueel voorgesteld wordt. Het is de moeite van het bezoeken zeker waard en als biologen genoten we ervan. Hieronder een korte sfeerimpressie.

Wat wij allang weten is dat men het niet ver hoeft te zoeken om leuke biologische dingen te vinden, dit levermos groeide onder onze picknickbanken. Foto gemaakt met een omgekeerde 50mm.

Bekervallen in de regenwoudkas, insecten worden aangelokt door de geur van de vloeistof die deze omgevormde bloemen afscheiden, verzeilen in de plakkerige vloeistof en worden verteerd door de plant die zo broodnodig stikstof kan opnemen in een nutriëntenarme omgeving. Regenwouden zijn eigenlijk groene woestijnen waar alle nutriënten en biomassa in de planten zit, het regenwoud kappen voor landbouw is dus vrij nutteloos gezien de bodem arm is.

Een cactus in de droogtekas, cactussen zijn planten die perfect water kunnen opslaan voor droge periodes en zeer snel water kunnen opnemen in de onvoorspelbare natte dagen. Cactussen komen enkel voor op het Amerikaanse continent maar de convergente evolutie zorgde voor vergelijkbare plantvormen in Afrika en het Middelandse zee gebied : de vetplanten.

Selaginella oftewel Engels mos. Het ziet er vrij gewoontjes uit, het lijkt niets speciaals en toch ... Dit plantje is in de grote evolutielijn van de landplanten wel iets bijzonders, het is een van de lievelingetjes van onze professor. Het is namelijk de eerste groep dat een experiment deed met gametofyten (voortplantingscellen) die zich IN de sporofytwand ontwikkelen helemaal zoals bij de latere zaadplanten maar de natuur ging hier niet verder, later in de tijdschaal zou de voorouder van de zaadplanten dit wel doen.

Ik zei het al : overal vind je biologie, zelfs op de vensterbanken van serres.

Een lid van de Lilicaea in de pas heraangelegde moeras- en mangrovekas.

Dit lijken mij voortplantingsstructuren op het blad maar ik zoek het nog uit.

Biologen zien er soms heel onschuldig uit zoals Gaëlle hier ...

... maar zoals Koen demonstreert : ze zijn het zeker niet !

1 opmerking:

  1. Ik zie natuurfoto's, dit zijn echte hele mooie exemplaren, bijzonder mooi.

    BeantwoordenVerwijderen