"Et j'irai loin, bien loin, comme un bohémien, Par la Nature, - heureux comme avec une femme."
Arthur Rimbaud

woensdag 26 maart 2014

Op de Simon Stevin II

The sea, the great unifier, is man's only hope. Now, as never before, the old phrase has a literal meaning: We are all in the same boat.

Jacques Yves Cousteau
Zoals de grote kapitein, die het scubaduiken en marien onderzoek op een nieuw niveau bracht na de oorlog, het ooit zo mooi zei is de zee van immens belang voor de mensheid, niet alleen door het voedsel die ze verschaft maar ook haar enorme invloed op onze planeet inzake klimaat en waterbalans. Elk klein puzzelstukje, elk legoblokje met twee tandjes aan kennis is dus een enorm waardevol iets. Bovendien is het mijn trouwe lezer allang duidelijk dat mijn hartslag het ritme van de branding heeft aangenomen na al die jaren. Daarom nam ik de kans met beide handen aan om terug eens mee te gaan helpen op de RV Simon Stevin eind februari. Het schip lag rustig te dobberen in het rozige ochtendlicht aan de Oostendse kade dat reeds een klankbord was van mechanische klanken en toeroepingen van diverse bemanningsleden op de schepen rondom ons. De haven bruist.
Voordat we aan de slag kunnen moet iedereen van de gelegenheidswetenschappers een presentielijst aftekenen. Het geeft ons een zeldzame blik in het domein van de kapitein en het commandocentrum dat tot zijn beschikking staat. Ik ben misschien wel een romanticus die naar een stuurrad verlangt maar hier is alles strak en modern om zo efficiënt mogelijk het werk uit te voeren, alles maar dan ook echt alles wordt hier door de computer bestuurd, van het navigeren en besturen van het schip zelf tot de kraan op het dek toe. Verschillende camera's houden het dek in de gaten.
Daarna is het terug de smalle diepe trappen af en de hoge drempels over naar onze werkplaats op het achterdek waar een handig en robuust laboratorium op wetenschappers wacht. Dit schip is specifiek opgebouwd naar de vereisten en wensen van de verschillende wetenschappers die regelmatig op de Noordzee onderzoek uitvoeren, van biologen tot geologen en archeologen tot oceanische fysici toe. Het zorgde voor een veilige, comfortabele en gemakkelijk op te ruimen werkomgeving.
Ondanks het sterk wisselvallige weer zijn Sarah en Rein er ook klaar voor!
En dan wordt de eerste boomkor binnengehaald. Rein en ik hadden intussen de horizon zitten afspeuren en zagen al een paar vliegende alkachtigen aan de kustlijn van Zeebrugge voorbij flikkeren.
In de eerste vangsten zat er zeer weinig maar onze volgende stops rond de Thorntonbank met het windmolenpark leverden veel meer op om uit te sorteren.
Ook onder wetenschappers is er natuurlijk ruimte voor humor, zoals platvisonderzoeker en model Andreas en zijn collega en kledingsadviseur Kevin bewijzen ...
Het is altijd leuk om die enorme mariene diversiteit waar te nemen op dat koude metalige tafelblad, zelfs binnen één soort zijn de verschillen vaak erg gevarieerd -denk maar aan de mens- en deze Gewone heremietkreeften (Pagurus bernhardus) zijn daar geen uitzondering op. Het zijn leuke beestjes, niet alleen omdat ze altijd in de groei zijn en vaak een groter huisje moeten "zoeken" en dat ze soms door vechten met een andere kunnen innemen, maar ook door de verschillende manieren waarop ze kunnen eten, ze zijn enorm flexibel. Ze kunnen plankton uit het water zeven in hun mond maar ook kunnen ze een slijmnet uit hun mond laten hangen om daarmee plankton te vangen. Daarnaast kunnen ze gewoon van de zeebodem plankton, aas en ander klein marien grut bijeen vegen met de borstels rond hun mond. Een werkelijk veelzijdig diertje.
Meerdere tientallen van deze vissen moesten uit elkaar gehaald en gesorteerd worden per soort voor een biomassabepaling. De bovenste is Haring (Clupea harengus), herkenbaar aan de buikvin die parallel staat met de basis van de rugvin. Bij de onderste, Sprot (Sprattus sprattus), is de buikvin veel verder naar voor gezet. Ook zijn Sprotjes rapper verstijfd eens ze dood zijn.
Tenslotte is het tellen geblazen en in de vershoudzakjes voor verder onderzoek op het ILVO.
Tussendoor waren we zoet met de voorbijzwemmende Alken (Alca torda) en Zeekoeten (Uria aalge), de sierlijk duikende Jan-van-Genten (Morus bassanus) en de tientallen meeuwen die ons volgden, hopend op een gemakkelijke snack. De hemel begon nu ook op te klaren en het was een fijne frisse dag die de wangen rood blies en de ogen wakker maakte.
Rond de Thorntonbank is er inmiddels een absoluut visverbod, behalve voor wetenschappelijk onderzoek, want dit kunstmatig rif in de Noordzee is nu een welkome paaiplaats voor diverse commercieel interessante soorten waar de larven rustig kunnen opgroeien in het kalme water terwijl de stenen zelf een ideale vasthechtingsplaats zijn voor al die koloniebeestjes zoals mosselen en anemonen.
Tenslotte is het weer tijd om de laatste en grootste vangst te sorteren en inmiddels terug naar de veilige haven weer te keren...
Het is met een voldaan gevoel als wij toekijken hoe de kooi met al het materiaal en de vangst van de dag overgeladen wordt op de vrachtwagen terwijl de late februarizon de zeegeur nog indringender maakt. Weer een legostukje erbij aan het grote mariene verhaal waar ook jij en ik deel van blijven uitmaken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten