"Et j'irai loin, bien loin, comme un bohémien, Par la Nature, - heureux comme avec une femme."
Arthur Rimbaud

zaterdag 16 april 2011

De Liereman

Hoe schoon nog de wereld
De zomerse hei
Dat is hier op aarde de hemel voor mij

Fabry - Op de purperen hei

Een grijze maartse lucht sluiert de hemel boven het Leuvense drukke ochtendverkeer. Parking Bodart staat al helemaal volzet met forenzenauto's en schoolbussen. Ook onze autocar staat ertussen om de weg te vervolgen naar de Noorderkempen boven Turnhout : natuurreservaat de Liereman staat op het lijstje van verplichte excursies en ondanks het bewolkte weer zijn we toch blij om erop uit te kunnen trekken.

De Liereman bestaat uit een nat heidegedeelte en een droog heidegedeelte waar de stuifduinen regeren tussen de al deels gekapte dennenbossen. De voornaamste omvorming wordt door het minutieuze plagwerk gedaan met een gespecialiseerde firma die met graafmachines tot op de centimeter precies de bodem kunnen afschrapen tot net op de minerale laag met de oude zaadbank.

Ook hier is het oude verhaal van schaalvergroting en industrialisering van toepassing waardoor oud landgebruik en de bijhorende evenwichten en technieken verlaten werden in de tijd tot het besef van verlies van biodiversiteit daagde. Intussen werd het universele probleem van stikstofdepositie in deze ooit schrale gronden ook duidelijk in de enorm toenemende vergrassing van de heide met Pijpestrootje.

Eerst verkenden we het natte gedeelte dat enkel op de knuppelpaden voor het grote publiek toegankelijk is. Onder leiding van een gids is het wel mogelijk de ontoegankelijke venige delen -met veenmossen en amfibieën- te betreden.

En af en toe kwam de zon erdoor, genoeg om volop van het landschap te genieten en beestjes zoals Levendbarende hagedissen (Zootoca vivipara)waar te nemen.

Maar ineens zie ik in een boom een ondertussen welbekend silhouet zitten, de verrekijker erop en jawel : we zijn een waarneming van Klapekster (Lanius excubitor) rijker !

Jan ving spinnen en andere geleedpotigen.

De Gagel (Myrica gale)bloeide en overal zag je het stuifmeel wegstuiven in de wind. Deze plant vormt al sinds de Middeleeuwen een belangrijk deel van een kruidenmengsel voor bier; toen was het normaal dat er diverse mengsels waren naast het traditionele hop en granen.

Een streekbrouwerij heeft het brouwen met Gagel terug opgepikt en produceert het zeer lekkere Gageleer bier dat een kruidige en frisse smaak nalaat op de tong, verkrijgbaar onder andere in het bezoekerscentrum van de Liereman !

Rein en Arne lieten zich dat geen twee keer zeggen en kochten in de middagpauze meteen een pak van zes flesjes Gageleer. Ze waren zo vriendelijk mij ook eens te laten proeven.

Het zeldzame Waterviolier (Hottonia palustris), een goede kwelindicator, komt wat hoger in het gebied voor. Deze plant leeft met zijn bladeren bijna volledig onder water.

Na de middag werd het tijd voor het droge gedeelte met de stuifduinen en dennen, ideaal biotoop voor de Boomleeuwerik (Lullula arborea)en de Boompiepers (Anthus trivialis) die altijd wel ergens zongen vanuit de bomen of in de zomer voor Nachtzwaluw (Caprimulgus europaeus) waarvan drie koppels -als ik me goed herinner- in het gebied broeden. Maar ook voor insecten als de Basterdzandloopkever (Cicindela hybrida) of de Grijze zandbij (Andrena vaga) is dit ideaal.

Lore bewondert een Grijze zandbij vol stuifmeelkorrels terwijl Simon de bij zelf documenteert.

Grijze zandbijen hebben talrijke parasitaire interacties te ondergaan, zo vonden we ook Bloedbijen (Sphecodes) en koekoeksbijen.

Onze gids legt de typische heide-podsolbodem uit. Even later vliegt er zelfs een vroege Visarend over als het grote deel van de groep al doorgestapt is. Sierlijk wit met zwarte motieven zweeft hij even boven de dennen om dan terug te verdwijnen.

We sloten de dag af met een zoektocht naar Rugstreeppadden, zonder succes maar de eerste Groene kikker van het jaar was een feit !

Geen opmerkingen:

Een reactie posten