De problemen begonnen met de afname van het gebruik van de Sleedoornstruiken in het Vlaamse en Nederlandse landschap, indirect veroorzaakt door de schaalvergroting van de landbouw waardoor kleine percelen niet meer afgebakend moesten worden. Daarom worden sleedoornaanplantingen, net als meidoorn en hazelaar, sterk gestimuleerd, niet alleen vanwege de natuurwaarde maar ook vanwege de landschappelijke waarde in rurale gebieden. Slingerende hagen en houtkantjes zijn ook ideale corridors tussen versnipperde gebieden, een acuut probleem in Vlaanderen.
Niet alleen de schaalvergroting was de oorzaak van het verdwijnen van Sleedoorn, ook de fruitkwekers banden deze haagsoort omwille van de vrees voor het overbrengen van perenvuur dat hun teerbeminde fruitbomen massaal aantaste.
Naast het aanplanten van nieuwe Sleedoorn zouden oude haagkanten ook regelmatig bijgesnoeid moeten worden, op oud hout getijdt de Sleedoornpage niet, verjonging is dus de boodschap en dat is ook interessant om bloemen en vruchten op peil te houden die dan weer vogels en andere dieren aantrekken.
Afgelopen zondag werd deze problematiek en de Sleedoornpage in de schijnwerpers gezet in Holsbeek, een van de gemeenten dat onlangs het biodiversiteitscharter ondertekende. Roel Uyttenbroeck fungeerde voor de eerste keer als gids en dankzij een mild weertje en de eerste mooie dag van 2010 kwamen over de twintig geïnteresseerden opdagen die ook de sleedoornhagen ingestuurd werden. Hieronder een impressie van deze interessante en geslaagde wandeling -er werd inderdaad een eitje gevonden-;
Meer informatie over de Sleedoornpage kan op Wikipedia gevonden worden of bij de Vlinderwerkgroep van Natuurpunt, voor wie meer wil weten over de Vlaamse prioritaire soorten kan terecht op de website van Natuurpunt zelf.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten